Artsenkrant

50 jaar medisch recht, 40 jaar ziekenhuisbeheer: een getuigenis

Deel 2: Naar de ziekenhuissector en de rechtsfaculteit

Op 1 juli van dit jaar eindigde het mandaat van Herman Nys als voorzitter van VITAZ - het slotpunt van veertig jaar activiteit als ziekenhuisbestuurder. Exact vijftig jaar eerder startte zijn academische loopbaan aan de KU Leuven. In een vierdelige reeks blikt Herman Nys terug op 50 jaar medisch recht. Dit is het tweede deel. Lees de vorige aflevering in ons themamagazine.

Herman Nys, prof. em medisch recht KU Leuven, ex-voorzitter VITAZ

Na mijn doctoraat lag het geenszins voor de hand dat ik mijn academische loopbaan in de rechtsfaculteit kon verderzetten. Er bestond immers geen vak medisch recht en evenmin een bijhorend onderzoeksinstituut.

Destijds kon men na het behalen van een doctorstitel bij het NFWO nog solliciteren voor een tijdelijk en nadien voor een  permanent onderzoeksmandaat . Ik nam mij voor om in het academiejaar 1980-1981 een aanvraag uit te werken voor een mandaat als zogenaamde ‘aangesteld navorser’.

50 jaar medisch recht: een persoonlijk getuigenis (deel 1)
2 artikels
Alles over herman nys: 50 jaar medisch rechtOntdek ons digitaal magazine over herman nys: 50 jaar medisch recht
Lees magazinechevron_right

Juridisch adviseur

Op voorspraak van Jan Blanpain, die kort daarvoor zijn mandaat als algemeen directeur van het UZ Leuven had beëindigd, kon ik terecht als juridisch adviseur bij de algemene directie van het UZ Leuven - dat toen nog steeds op de Kapucijnenvoer was gevestigd.

Ik kreeg een werkplek op de vijfde verdieping van het nog steeds bestaande torengebouw, op wandelafstand van de plek waar 10 jaar eerder mijn broer was overleden. Mijn opdracht was de integratie van het OCMW ziekenhuis Sint-Pieter in het UZ Leuven juridisch te begeleiden.

Sint-Pieterziekenhuis Leuven
Het (inmiddels afgebroken) Sint-Pietersziekenhuis in de Brusselsestraat in Leuven. Foto: Wikimedia Commons user Steven Fruitsmaak, GFDL & cc-by-sa-2.5.

Dat verliep niet eenvoudig maar was wel leerrijk. Jan Peers, die Jan Blanpain was opgevolgd als directeur van het UZ Leuven, betrok me bij het uitwerken van een wettelijke regeling voor de medische raden in ziekenhuizen en de rechtsverhoudingen tussen artsen en ziekenhuizen. Dat resulteerde in het KB nr. 407 van 18 april 1986 tot wijziging van de ziekenhuiswet, van toenmalig minister van Sociale Zaken Jean-Luc Dehaene.

Ik werd ook aan mijn mouw getrokken door André Prims, die deeltijds verbonden was aan het Centrum voor Ziekenhuiswetenschappen, om over te stappen naar COVABE (Convent van Bethlehem) in Duffel, waar hij voorzitter was. Ik gaf echter voorrang aan mijn academische activiteiten waarvoor ik veel ruimte kreeg in het UZ.

Een van de meest tastbare resultaten hiervan was mijn artikel ‘Van medisch recht naar gezondheidsrecht. Meer dan een verandering van naam’ dat in september 1980 werd gepubliceerd in het eerste nummer van het Vlaams Tijdschrift voor Gezondheidsrecht, waarvan ik redactiesecretaris werd. In 1995 ontstond uit dit tijdschrift het nog bestaande tweetalige Tijdschrift voor Gezondheidsrecht/Revue du Droit de la Santé.

Start als ziekenhuisbestuurder

Tijdens het schrijven van mijn doctoraat had ik heel wat contacten gelegd met ziekenhuisbestuurders en -directeurs. In 1983 werd ik daarom door Kluwer Editorial gevraagd om een Nieuwbrief Gezondheidszorg op te starten die om de 14 dagen werd gepubliceerd en waarvan ik adviseur werd.

Eveneens in 1983 kreeg ik het verzoek om toe te treden tot het bestuur van het Sint-Lucas ziekenhuis in Ekeren, waar Jan Blanpain ook bestuurder was. Dat ziekenhuis is later opgegaan in het AZ KLINA ziekenhuis.

Sint-Lucaskliniek Ekeren
De (inmiddels afgebroken) Sint-Lucaskliniek, voorheen Hof van Delft, in Ekeren. Foto: Wikimedia Commons user Torsade de Pointes, publiek domein.

Ook Anton Moortgat was daar bestuurder. Hij had een leidinggevende functie in het toenmalige VVI (Verbond der Verzorgingsinstellingen, thans Zorgnet-Icuro) en was ook algemeen directeur van het Maria Middelares ziekenhuis in Sint-Niklaas.

Eén van de artsen in Sint-Lucas was een longarts, Raymond Jolie, die zeer actief was in het ASGB - het artsensyndicaat van dr. Marcel De Brabanter - en in het Waasland woonde. Op 14 februari 1985 verongelukte Jolie, die ik via mijn lezingen in het kader van de Vervolmakingscyclussen van het Centrum voor Ziekenhuiswetenschappen goed had leren kennen, tijdens een schaatstocht in het Waasland.

Zijn echtgenote Rita Mulier heeft dit beschreven in haar memoires Dwars en loyaal. Zelf was ze iets vroeger al gestopt met schaatsen: ‘ik had om vier uur voor mijn studie een afspraak bij de ziekenhuisdirecteur in Sint Niklaas’ (p. 194).

Na de begrafenis van Raymond Jolie nodigde Anton Moortgat mij uit voor een lunch in het ziekenhuis. Hij vroeg mij om lid te worden van het bestuur van Maria Middelares. Daar hoefde ik niet lang over na denken. In juli 1985 begon ik naast mijn academische loopbaan aan een langdurig traject van ziekenhuisbestuurder in het Waasland.

Naar de rechtsfaculteit

Mijn aanvraag om 'aangesteld navorser' te worden bij het NFWO werd goedgekeurd, en bij de aanvang van het academiejaar 1981-1982 maakte ik de overstap naar de rechtsfaculteit. Daar kwam ik terecht in een kantoor naast dat van Roger Dillemans.

professor Marcel Renaer
Professor Marcel Renaer doceerde geneeskundige deontologie en recht. Foto: Archief Alfagen.

Een dergelijk mandaat liep na twee jaar af. Nadien kon men voor onbepaalde duur 'bevoegdverklaard navorser' worden, na een nieuwe aanvraag en goedkeuring door het NFWO.

Dat werd ik vanaf september 1983. Ik mocht me voortaan ook lector noemen. Dat mandaat stelde mij in staat om mij verder toe te leggen op het uitbouwen van het gezondheidsrecht aan de KU Leuven.

Samen met onder meer professor Marcel Renaer, diensthoofd gynaecologie in UZ Leuven, had Roger Dillemans inmiddels het initiatief genomen voor de publicatie Wegwijs Gezondheid, in navolging van de bekende Wegwijs Recht

Renaer was op dat ogenblik titularis van het college ‘Geneeskundige deontologie en geneeskundig recht’, een nog steeds bestaand verplicht vak voor alle laatstejaarsstudenten geneeskunde. Renaer doceerde zowel het onderdeel deontologie als recht.

Roger Dillemans
Roger Dillemans, rector van de KU Leuven 1985-1995. Foto: Rob Stevens / KU Leuven.

Dillemans vroeg me om redactiesecretaris van de Wegwijs Gezondheid te worden. Daardoor leerde ik Renaer en heel wat andere professoren van de faculteit Geneeskunde goed kennen.

Tijdens de voorstelling van de eerste editie van Wegwijs Gezondheid in 1984 in de Faculty Club door toenmalig rector Pieter De Somer, stelde die mij voor als de ‘vroedvrouw’ van het boek…

Ik besefte toen nog niet dat 'vroedvrouw' staat voor ‘wijze vrouw’ (sage-femme)…

Ik heb duizenden toekomstige artsen de basisbeginselen van het medisch recht mogen bijbrengen.

Docent medisch recht

In 1984 ging Marcel Renaer met emeritaat. Zijn college kwam vacant en ik stelde mij kandidaat voor het onderdeel recht. Het werd mijn eerste onderwijsopdracht aan de faculteit Geneeskunde en ik werd benoemd als docent.

Ik gaf dit college tot mijn emeritaat in 2016 en heb zo duizenden toekomstige artsen de basisbeginselen van het medisch recht mogen bijbrengen. In 1985 kwam daar het college ‘Recht en tandheelkunde’ bij, en nog een jaar later ‘Recht en seksualiteit’.

In de rechtsfaculteit was men niet erg vertrouwd met het statuut van 'bevoegdverklaard navorser'. Ik had er wel een bureau en deed er veel onderzoek in de bibliotheek, maar contact met rechtsstudenten had ik nauwelijks.

De toenmalige decaan stelde daarom voor een seminarie Gezondheidsrecht in te richten. Zo’n seminarie is geen hoorcollege, maar bestaat in het begeleiden van studenten in het schrijven van een paper over een onderwerp. In de loop van het academiejaar 1985-86 startte ik hiermee. Het was een eerste stap in de uitbouw van het medisch recht aan de rechtsfaculteit te Leuven.

In het academiejaar 1987-88 werd ik benoemd als titularis van een nieuw keuzevak 'medisch recht' aan die faculteit. Het was een groot succes, zeker wat de aantallen studenten betreft. Tegen het einde van mijn loopbaan voerde de toenmalige decaan zelfs een numerus clausus in, omdat geen enkel auditorium in de rechtsfaculteit groot genoeg was.

Vermits ik er aan hield om de studenten mondeling te examineren, kwam mij dat eigenlijk niet slecht uit.

Deel 3 verschijnt op vrijdag 25 juli.

Krijg GRATIS toegang tot het artikel
of
Proef ons gratis!Word één maand gratis premium partner en ontdek alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
  • checkwekelijkse newsletter met nieuws uit uw vakbranche
  • checkdigitale toegang tot 35 vakbladen en financiële sectoroverzichten
  • checkuw bedrijfsnieuws op een selectie van vakwebsites
  • checkmaximale zichtbaarheid voor uw bedrijf
Heeft u al een abonnement? 
Geschreven door Herman Nys18 juli 2025

Meer weten over

Print Magazine

Recente Editie

Nu lezen

Ontdek de nieuwste editie van ons magazine, boordevol inspirerende artikelen, diepgaande inzichten en prachtige visuals. Laat je meenemen op een reis door de meest actuele onderwerpen en verhalen die je niet wilt missen.

In dit magazine
Cookies

AK Hospitals maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren en te personaliseren. Door gebruik te maken van deze website gaat u akkoord met het privacy- en cookiebeleid.