Zouden beroepsverenigingen van zorgverstrekkers niet beter op eigen benen staan?
Zoals verwacht kwamen er heftige reacties op het voornemen van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke om de overheidsfinanciering voor artsenverenigingen af te laten hangen van de conventiegraad van hun leden.
David Desmet De Lavie - Healthcare & Pharma/Medtech Strategist
Laat er geen twijfel over bestaan: dit is een bedenkelijk en weinig constructief voorstel binnen een overlegmodel.
De knuppel die de minister in het hoenderhok gooide, kan ook tot een valse discussie leiden. Historisch kunnen beroepsverenigingen van zorgverstrekkers, die op beleidsniveau een rol spelen in de RIZIV-overlegorganen, rekenen op een financiële bijdrage vanuit de overheid. Deze financiering is een aanvulling op de ledenbedragen die de verenigingen voor hun werking innen.
De Nederlandse hoogleraar en verenigingsexpert Ivan Pouwels sloeg meer dan een decennium geleden al alarm over de financiering van beroepsverenigingen en -organisaties, zeker als deze - al dan niet gedeeltelijk - afhankelijk zijn van de overheid.
Het maakt die verenigingen afhankelijk van die overheid. Enkel een diversifiëring van hun financiële model kan de continuïteit en toekomstige evolutie van een beroepsvereniging veiligstellen, zo stelt hij. Zeker wanneer de overheid krap bij kas zit.
Enkele Belgische beroepsverenigingen van zorgverstrekkers hebben die boodschap begrepen en zochten de voorbije jaren al naar bijkomende inkomsten zoals congressen, organisatie van opleidingen, eigen magazines et cetera. Met succes.
Onafhankelijk willen zijn van een overheid en tegelijkertijd uit de handen van diezelfde overheid willen eten, kan men niet meer verdedigen.
Andere verenigingen moeten nog aan die denkoefening beginnen. Die zijn intussen rijkelijk te laat.
De redenering van sommige beroepsverenigingen dat ze - net omdat ze een rol spelen in beslissingsprocessen op overheidsniveau - recht hebben op financiering vanuit die overheid, is haast anachronistisch.
Vroeger kon men het nog verdedigen om onafhankelijk te willen zijn van een overheid en tegelijkertijd uit de hand van diezelfde overheid te willen eten. Nu niet meer.
Een ding is zeker: de financiering vanuit de overheid zal meer en meer onder druk komen te staan. Wie het tegendeel beweert, heeft elke voeling met de realiteit verloren. Beroepsverenigingen kunnen maar beter snel hun financiële model herdenken zodat ze op eigen benen kunnen staan.
Die denkoefening heeft nog een ander voordeel: het verplicht je eveneens om na te denken hoe je je vereniging verder kunt uitbouwen, met nieuwe diensten en voordelen voor leden.
Of hoe je als beroepsvereniging twee vliegen in een klap kunt slaan, met een blik naar de toekomst toe.